Verwarm de oven voor op 200 graden.

Breng een ruime pan met water aan de kook en maak de bladeren van de kool los.

 

Was de bladeren goed en verwijder de dikke nerven, kook deze ongeveer 2 min totdat een ze beetje slap geworden zijn. Giet ze af en laat ze even afkoelen. 
 

Meng het gehakt samen met de komijnpoeder, korianderpoeder en wat peper en zout naar smaak.

 

Snipper het uitje en hak de knoflook fijn, snij de tomaat en paprika in kleine blokjes en roer dit goed door het  gehakt. Als laats roer je het ei  en de ketjap erdoor.

 

Plaats de gekookte koolbladeren op je snijplank en vul ze door  in het midden het gehaktmengsel te leggen en ze op te rollen.

 

Plaats de rolletjes in een ovenschaal besprenkeld met wat olijfolie. Strooi er een beetje paneermeel over en bak de rolletjes in ongeveer 20 minuten af in de voorverwarmde oven.

Maak de gele rijst als volgt  Zet de pan met rijst zonder deksel op een gaspit op hoog vuur, roer de koenjit erdoor en leg de kruidnagel en het laurierblaadjes erop. Zodra het water begint te koken draai je het vuur naar de laagste stand en doe je een deksel op de pan. 

Laat dit 12 minuten op laag vuur staan.  

Na 12 minuten zet je het vuur uit en laat de rijst nog ongeveer 10 minuten staan met deksel op de pan. Roer de rijst eventueel los met een vork.

 

Maak de wortel schoon en rasp deze fijn met een raps, mandoline of in een keukenmachine.

 

Breng het op smaak met het sap van 1 citroen, rasp de gember erdoorheen en een scheutje olijfolie. Als laats maak je het op smaak met wat peper, zout en wat verse peterselie.