Vier jaar geleden zette ik mezelf voor het eerst op een plastic dieet. Een maand lang probeerde ik zo min mogelijk plastic mee naar huis te slepen. Dat was in die tijd nog zo nieuw, dat ik meteen als ervaringsdeskundige geïnterviewd werd op NPO Radio 1 en NPO Radio 5. Mijn conclusie was, dat het in Amsterdam zeker te doen is om plasticvrij boodschappen te doen, maar dat het wel om de nodige planning vraagt. De winkels waar je plasticvrij kan kopen, gingen namelijk om 18.00 uur dicht en in de reguliere supermarkt was amper een losse appel te vinden. Laat staan iets anders.
Planning is, buiten mijn werk om, niet mijn sterkste kant. Ik ben het type dat na werktijd naar de winkel sprint om ter plekke te beslissen wat ik ga maken. Dat bracht me in mijn plasticvrije maand vaak in een lastig parket, dus toen ik de challenge had doorstaan en het ‘dieet’ kon afronden, voelde ik een zekere opluchting. Nu kon ik weer terug naar ‘normaal’ en kiezen voor het gemak.
Op plastic dieet. Zou jij het doen?
Toch ben ik nooit helemaal teruggegaan. Het plastic dieet bleek een belangrijke eerste stap in mijn plastic bewustzijn: ik ging steeds vaker op zoek naar plasticvrije alternatieven. Zo had ik naast mijn waterflesje inmiddels standaard ook een koffiebeker bij me. Zaten er in mijn boodschappentas katoenen zakjes die ik kon vullen met brood, groente, fruit en noten. Gebruikte ik bijenwasdoek in plaats van plasticfolie om aangesneden groente in te bewaren. Maakte de plastic flesjes zeep in huis plaats voor stukken zeep. Zette ik de Beat the microbead app op mijn telefoon om cosmeticaproducten als tandpasta te scannen op microplastics. En haalde ik geen kleding meer in huis waar kunststof in verwerkt was, want ook daarmee kwamen met elke wasbeurt microplastics in het water.
Mijn afvalberg, die altijd grotendeels uit plastic had bestaan, slonk over de jaren zienderogen. Natuurlijk mede mogelijk gemaakt door het groeiend aanbod van zero waste producten. Want inmiddels ben ik al lang geen paradijsvogel meer met mijn persoonlijke ban op wegwerpplastic. Het algemene bewustzijn over plastic begint, wellicht onder lichte dwang, behoorlijk mainstream te worden. Zo ging deze zomer het EU-verbod op wegwerpplastic als rietjes en roerstaafjes in én kregen we statiegeld op kleine flesjes.
Ook in drankkartons zit plastic, alleen zie je dat niet!
Vooral dat laatste zie je terug in het ‘aanbod’ zwerfafval op straat waarin het aantal flesjes drastisch is gedaald. Hopelijk zien we iets vergelijkbaars gebeuren als eind volgend jaar het statiegeld op blikjes ingaat, want ook daar zit aan de binnenkant een laagje plastic. Net als in de drankkartons, die vaak gepresenteerd wordt als duurzaam alternatief voor het plastic waterflesje. Hierin zit bijna net zoveel plastic als in een petflesje, alleen is het moeilijker te recyclen en omdat er geen statiegeld op zit, komt het vaker in het milieu terecht.
De schattingen over de hoeveelheid zwerfafval in Nederland lopen behoorlijk uiteen, van 35 tot 140 miljoen kilo, maar het is hoe dan ook te veel. Niet alleen krijgen beesten aan land dat plastic in hun maag, maar het komt ook in de zee terecht waar het bijdraagt aan de Plasticsoep. En hoewel Boyan Slat met zijn Ocean Cleanup twee weken geleden met een geslaagde test bewees dat het plasticvrij maken van de zeeën wel degelijk kán, is het natuurlijk beter dat dit plastic überhaupt niet in het milieu terecht komt. Bovendien is er nog een hoofdbreker, want wat gaan we met al dat opgeruimde plastic doen? Gelukkig zijn er inmiddels tal van creatieve bedrijven die zich met dit vraagstuk bezighouden. Zo heb ik een rugzak van plastic afval uit de oceaan en een handtas van gerecyclede petflessen. En zo komt de cirkel hopelijk ooit helemaal rond.
BinnensteBuiten en het platform hetkanWEL delen hun missie om zoveel mogelijk mensen te inspireren om op een toegankelijke manier bewuster te leven. Wyke en Asceline gidsen ons in de vorm van een 2-wekelijkse column door de de wereld van duurzaamheid.