Van oudsher herbergden botanische tuinen exotische plantencollecties die voor wetenschappelijke doeleinden van ver werden geïmporteerd. Dat een hortus botanicus daarnaast een prachtige plek is om te ontspannen laten deze vijf tuinen zien.

De botanische tuin van professor Van Iterson

De botanische tuin bij de TU Delft werd in 1917 door professor Van Iterson opgericht vanuit een belangstelling voor tropische landbouwkunde in Nederlands-Indië. Je vindt er onder andere de taxusboom, die bij leven een grondstof voor kankermedicijnen produceert en ook postuum nuttig is.

Bekijk de video

Groen geluk

Wanneer loodgieter Piet eind jaren 90 in een psychisch dal terechtkomt blijkt tuinieren het beste medicijn. Ruim twintig jaar later is Passiflorahoeve Harskamp het resultaat: een botanische tuin met veel hybride soorten en een subtropische vlindertuin die jaarlijks duizenden bezoekers trekt.

Bekijk de video

Man van zijn woord

Ook de Universiteit Utrecht is voorzien van een eigen botanische tuin. Je vindt er onder andere de broodboom, waarvan de vruchten door het zetmeel naar brood en aardappels smaken. In Suriname wordt hij ook wel ‘man van zijn woord’ genoemd, omdat deze boom altijd in voedsel voorziet.

Bekijk de video

Nijmeegse Alpen

In de jaren 70 is de ruime Nijmeegse Hortus aangelegd op basis van plantengemeenschappen. Geen bordjes dus, maar plantensoorten bijeen die in het wild ook naast elkaar voorkomen. Onder de nagebootste landschappen vind je er zelfs een alpineterrein waarvoor rotsblokken uit de Ardennen zijn gehaald.

Bekijk de video

Intelligente planten

In de botanische tuin van Leiden laat professor in de filosofie Wouter Oudemans de wijsheid van planten zien. Zo heeft de tweeslachtige ginkgo bilobaboom geen insecten nodig om vruchten te krijgen. De vruchten van deze pientere plant stinken bovendien naar kadavers, wat aaseters aantrekt die helpen met de verspreiding.

Bekijk de video