Ook in de stad kan je groen leven! Ellen Willems doet dat vol overtuiging. Ze is restaurantrecensent, schrijft over duurzaamheid en zit veel met haar handen in de aarde als stadsboerin aan de rand van het Gelderlandse Doetinchem. Samen met een team vrijwilligers teelt ze de prachtigste groenten in hun stadsmoestuin. Haar missie: lekker voedsel hoeft niet van ver te komen, maar groeit dichterbij dan je denkt.

Opgroeien in een nieuwbouwwijk

‘De stad komt enger over midden in de nacht dan wanneer ik in het pikkedonker in de natuur rondloop. De geluiden die ik dan om me heen hoor ervaar ik niet als bedreigend maar als vertrouwd.’ Wanneer je deze woorden hoort zou je denken dat Ellen Willems midden in het bos is opgegroeid. Maar niets is minder waar. Ellen groeit als jong meisje op in een nieuwbouwwijk in het Overijsselse Ommen. Een rij huizen met daaraan bijna identieke bloemperkjes tot in detail verzorgt. Niets is hier aan een organisch toeval overgelaten. Behalve de tuin van haar vader! Hij hield kippen en verbouwde zijn eigen groenten en fruit. Een manier van leven die hij met de paplepel ingegoten kreeg toen hij zelf als kleine jongen opgroeide midden in de stad.

Stadsboerin Ellen | Foto: eigen bezit

Niet bang voor insecten of felle discussies

‘Mijn vader was eigenlijk ook al een soort stadsboer. Hij kwam uit een heel groot gezin en groeide op zonder vader. Dus zij moesten voedsel verbouwen om überhaupt te kunnen eten. Door mijn vader groeide ik op mijn beurt weer op met een tuin vol met beestjes en eigen verbouwde groenten. We gingen ook veel naar de bossen. Wat ik er vooral aan overgehouden heb? Ik ben niet bang om vies te worden of voor insecten die overal krioelen.’

Ellen studeert journalistiek en gaat werken voor de Gelderlander. Ze is veel op pad en merkt dat ze verder kijkt dan het nieuws. ‘Ik heb altijd een groot rechtvaardigheidsgevoel gehad. Een vreselijke idealist ben ik! Als ik het niet eens ben met dingen, kan ik best fel zijn en soms zelfs de sfeer verpesten. Ik ga moeilijke gesprekken over dierenwelzijn of klimaatverandering liever niet uit de weg.’

Hard werken in het hoogseizoen

Zo rolt zij vanuit het nieuws, de wereld in van het groen. Ellen begint als stadsboerin haar dag rond 07.00 uur in de ochtend. Eerst op het land of in de kas, om daarna een ronde te doen bij de varkens en de kippen. Rond een uur of tien komen de vrijwilligers haar versterken. Want ze kan dit niet alleen! Het is nu hoogseizoen op het terrein wat ooit eens hoorde bij de voormalige gevangenis in Doetinchem. Samen met de vrijwilligers onderhoudt Ellen de moestuin, boomgaard, een kas vol tomaten en pepers en een bloempluktuin. Een fraai gezicht! Naast de stadstuin staat namelijk een grote gevangenismuur, door sommigen beschreven als ‘Berlijns’. De harde en hoekige lijnen worden nu verzacht door het stukje natuur dat door Ellen en haar team is aangelegd.

Bezoek van harte welkom

Dan is het tijd voor de bezoekers. Die kunnen rekenen op een mand vol groenten en kennis om weer mee terug te nemen naar huis. ‘Wij verbouwen hier van alles maar in kleine hoeveelheden. Ik ben namelijk niet van plan heel Doetinchem te voeden! Ik wil vooral laten zien aan de bezoekers dat wanneer je goed omgaat met een klein stukje grond of weiland je in een korte tijd een klein paradijsje kan creëren. Dat is hoopgevend.’

Het is duidelijk dat Ellen een groene missie heeft maar daarnaast heeft ze ook een sociale missie. Daarom wordt de stadsboerderij ook wel ‘de groene huiskamer’ genoemd. Een plek waar mensen de natuur ontdekken maar ook elkaar. ‘Ik ben geen zorgboerderij hoor. Maar er zijn altijd mensen die een steuntje in de rug kunnen gebruiken. We geven ze de ruimte om te werken op het land en te leren hierover. Waardoor het zelfvertrouwen van deze mensen groeit.’

Ga zelf aan de slag en creëer een klein, groen paradijsje in de stad!
Stadsboerin Ellen Willems

Samen koken en eten op de tuin

Sinds kort is in ‘de groene huiskamer’ ook een kookproject gestart met jongeren: ‘De vreemde hap’. ‘Deze jongeren zijn ooit gevlucht uit landen als Eritrea of Afghanistan. Ze leven hier zonder ouders. Ze koken hier een keer in de week een maaltijd voor mensen uit de omgeving met lokale producten. Binnenkort hebben we de Georgische hap. En dan schuiven mensen uit de streek aan. Ik vind het belangrijk dat de mensen die aanschuiven kunnen zien dat het gewone pubers zijn en geen enge terroristen. Jonge mensen die hun plek in de wereld nog niet gevonden hebben. Na zo’n ontmoeting hoop ik dat iedereen met een goed gevoel naar huis gaat.’

Haal je eten niet van ver

Sinds 2019 is Ellen in de weer met de stichting om zo de manier waarop er voedsel wordt geproduceerd te veranderen. Maar dingen zullen pas echt veranderen als we onze wensen leren aanpassen op het aanbod. ‘Mensen willen alle soorten producten hebben. Desnoods moeten deze producten van ver komen. Ik zou het mooier vinden dat mensen leren koken met wat er lokaal groeit. Waarom moeten we producten produceren op plekken waar ze deze producten zelf lokaal nodig hebben? Of dwingen we mensen om onder nare omstandigheden te produceren zodat het product vele kilometers afreist om op je bord terecht te komen? Dat is geen logisch en eerlijk proces.’

Al is Ellen nog maar net bezig met het stadsboeren voor haar proeft het naar meer en ziet ze er een mooie toekomst in. Ook hoopt ze dat ze anderen kan inspireren. ‘Het zou mooi zijn wanneer er steeds meer stadsboeren zouden komen door het hele land heen. Je ziet het ook steeds vaker gebeuren. Tegelijkertijd hoeft niet iedereen boer te worden natuurlijk! We zouden meer naar deze gedachte kunnen gaan leven: ‘ken je boer of produceer het zelf!’ Daar wil ik graag naartoe met iedereen.’

Geschreven door
Mina Amhil
Datum