Afgelopen weekend ging ik met de trein naar Rambouillet, een plaatsje net onder Parijs. Een ‘empirial city’ zoals een Fransman me trots vertelde, toen we voor het kasteel stonden waar ooit Napoleon had gewoond. We konden niet naar binnen, omdat er een festival gaande was, maar dat mocht de pret van deze minibreak niet drukken. Het was stralend weer. We lunchten aan een lange tafel in de moestuin, mét champagne. Fietste op een mountainbike door het donkere bos om naar burlende herten en een enkele uil te luisteren. En er was een spa en massage.

Het is niet de eerste keer dat ik zonder auto op vakantie ga, maar meestal brengt de trein me naar de grote steden van Europa en niet naar het platteland. Eerlijkheid gebied wel te zeggen dat er na de Thalys (die tegenwoordig Eurostar heet), de metro en een sprinter ook een taxi nodig was om ons naar het hotel middenin de natuur te brengen. Maar dan nog denk ik dat ik het vrij goed gedaan heb, qua reistijd (5 uur) en qua uitstoot. Volgens Milieu Centraal zorgt een kilometer met een internationale trein door Europa voor minder klimaatimpact dan de auto en al helemaal dan het vliegtuig. 

Leven zonder auto

Het is nu tien jaar geleden dat ik mijn auto de deur uit heb gedaan. In eerste instantie uit financiële overwegingen. Nadat ik mijn vaste baan had opgezegd om te gaan freelancen, stond de auto steeds vaker ongebruikt in de straat. En hoewel ik nog regelmatig voor het gemak van een autoritje koos, ook als dat eigenlijk niet nodig was, begon ik langzaam te rekenen en te researchen wat de alternatieve waren. Ik kwam uit op het OV en de deelauto, waarvan er in mijn buurt in Amsterdam zeker een stuk of vijftien op loopafstand staan. Dat is een luxe realiseer ik me. 

Het OV en de deelauto

Hoewel er een paar jaar geleden werd voorspeld dat Nederland een van de eerste landen zou zijn waar de privéauto zou verdwijnen, geeft het Planbureau voor de Leefomgeving aan dat het OV buiten de stadscentra niet voor iedereen een geschikt alternatief is. Ook de deelauto is in de middelgrote steden nog lang niet wijd verspreid, zo kwam ik achter toen ik er in Apeldoorn eentje nodig had en er slechts twee bleken te zijn waarvoor ik ook nog eens een half uur moest lopen.

Dat het leven zonder auto in de Randstad makkelijker is, zie je ook terug in de cijfers waaruit blijkt dat het autobezit alleen in de vier grote steden achterblijft op de bevolkingsgroei. Mijn woonplaats Amsterdam spant daarbij de kroon met gemiddeld maar 1 personenauto per twee huishoudens, wat nog veel is, vind ik persoonlijk, gezien het aantal parkeerplaatsen en het stapvoets rijdende verkeer in de stad met de bijbehorende ergernissen.

‘Zo’n 30% van de Nederlanders heeft geen auto, blijkt uit de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.’
Wyke Potjer | Columnist

Een curiositeit

Begin dit jaar hadden we volgens het CBS in totaal 8,9 miljoen auto’s. Het Centraal Bureau voor de Statistiek rekende uit dat zo’n 30% van de Nederlanders geen auto heeft. Dat zijn vooral jongeren en senioren, die geen auto kunnen betalen of wegens gezondheidsredenen niet meer kunnen rijden. Van de huishoudens die wel een auto zouden kunnen betalen, kiest slechts 6% ervoor om geen auto te hebben met als beweegreden: meer bewegen, het milieu ontzien en geld besparen. Daarmee heb ik mezelf dus in een kleine minderheidsgroep geplaatst.

Dat het leven zonder auto uitzonderlijk is, blijkt ook uit de grote hoeveelheid artikelen die er de laatste tijd over wordt geschreven waarin het leven zonder auto als een soort curiositeit wordt gezien. Van De Morgen in België tot het NRC in Nederland: hoe doet deze 6% dat toch, leven zonder auto? Tja, hoe doe ik dat? Gewoon door zoveel mogelijk te fietsen of het OV te nemen.

Mis ik de auto?

Heb ik in al die jaren dan nooit meer overwogen om toch weer een auto te nemen? Zeker wel. Een eigen auto zorgt niet alleen voor gemak, maar ook voor flexibiliteit en tijdwinst. Zo komt het voor dat ik ergens ver buiten de stad moet zijn, waar het OV nauwelijks komt. Of dat ik met vijf tassen vol spullen op weg moet, die ik onmogelijk allemaal aan mijn fietsstuur kan hangen (al ben ik daar behoorlijk handig in geworden). Of dat het met bakken uit de hemel komt en ik echt, echt, echt geen zin heb in al dat gedoe van bus en trein.

Daar komt bij dat je voor een deelauto per uur en per kilometer betaalt en dus precies weet wat een ritje kost. Dat heeft psychologisch toch een ander effect dan de maandelijkse kosten die automatisch van je rekening worden geschreven. Ook omdat je het ritje dan ineens kan wegstrepen tegen de treinkosten van hetzelfde ritje en hoewel iedereen -terecht- klaagt over de gestegen OV-prijzen is het nog steeds goedkoper om met het OV te reizen dan met de auto, al doe je er natuurlijk wel langer over.

Reizen met de trein

Zonder auto maar mét de trein op vakantie?

Bekijk de tips!

https://binnenstebuiten.kro-ncrv.nl/duurzame-lifestyle/voordelig-en-ontspannen-…

Tijdwinst

Dat laatste hangt er trouwens maar vanaf hoe je ernaar kijkt, want als je autorijdt kan je hoogstens eens een telefoontje plegen, terwijl je in de trein makkelijk je laptop kan openklappen om te werken. Dat is toch ook weer tijdwinst. Net als het feit dat je ’s avonds niet meer naar de sportschool hoeft, omdat je al genoeg gelopen of gefietst hebt om ergens te komen.

Toch mis ik de auto soms nog. En dan vooral de vrijheid die het geeft om je binnen no time naar de rand van een natuurgebied te brengen waar je eindeloos kan wandelen. Of naar een huisje in de natuur waar ik ongestoord kan schrijven aan ons tweede boek (die in mei 2024 verschijnt). Of om ‘even’ naar de Belgische of Franse Ardennen te rijden om er helemaal uit te zijn. Maar die 3,6 miljard ritten onder de 7,5 kilometer die we volgens Natuur & Milieu in Nederland maken, die mis ik dan weer niet. En zelfs door de regen fietsen vind ik niet meer zo erg, want eigenlijk komt dat veel minder voor dan we denken. Op dus naar de volgende tien jaar zonder auto.

BinnensteBuiten en het platform hetkanWEL delen hun missie om zoveel mogelijk mensen te inspireren om op een toegankelijke manier bewuster te leven. Wyke en Asceline gidsen ons in de vorm van een tweewekelijks column door de de wereld van duurzaamheid.