Biologische landbouw begint bij de bodem. Dé reden voor 'koolstofboer' Raymond Niesten om zijn akkers op de eerste plek te zetten. Na een jarenlange traditie van kunstmest gooit hij het roer om. Niet alleen goed voor zijn asperges, uien en aardappelen, maar zo slaat hij ook CO2 op in de bodem. Hoe werkt dat?

Raymond Niesten is vijfde generatie akkerbouwer in Maastricht. Zijn 75 hectare grond ligt in het oudste landbouwgebied van Nederland en gaat 7000 jaar terug. Door de generaties en jaren heen heeft Raymond gezien hoe groot de verschillen zijn in werken op het land.

De rek is eruit

‘Heel vroeger, ging het op een natuurlijke manier, maar in de jaren 1920-30 werd kunstmest geïntroduceerd. Dan breek je eigenlijk de organische stof af. Veel oogsten, daar ging het heel lang om. Dat je de boden daarmee uitput, was niet zo belangrijk. Nu zie je: de grens is bereikt, de opbrengsten worden lager. Het is een beetje zoals een flinke borrel drinken. Als je jong bent, heb je nergens last van. Maar word je een jaartje ouder, dan merk je: dit gaat niet meer.’

De wereld op zijn kop

‘In 2011 zijn wij op het bedrijf overgeschakeld naar biologisch, daar groei je eigenlijk naar toe. In 2000 stopten wij namelijk al met ploegen, dan zet je de bodem letterlijk op zijn kop. Dat kan handig zijn voor de boer, om te zaaien en het zien er schoon uit. Maar voor het bodemleven niet: dat speelt zich allemaal af in de bovenste vijf tot tien centimeter. Door het ploegen zit dat plots veel dieper in de grond’, zegt Raymond.

CO2 uit de lucht opslaan in de bodem

Raymond ziet de bodem als zijn grootste kapitaal. Opvallend verschil met reguliere landbouw: zijn akkers liggen niet braak in de winter, maar blijven groen. Volgens Raymond is een gezonde bodem met een rijk bodemleven aan wormen en plantenwortels, een perfecte bodem voor gezonde gewassen. Bovendien vangt een beplantte bodem CO2 uit de lucht en slaat deze op in de bodem. Voor deze 'koolstofboer' een duurzame 'win-win' situatie dus.  

Duurzaamheid is mooi, maar je moet ook een boterham verdienen
Biologische akkerbouwer Raymond Niesten
Familiebedrijf De Poshoof | Foto: Raymond Niesten

Beide benen op de grond

Het gaat in Limburg bij dit familiebedrijf niet alleen om idealen. Deze boer staat met beide benen op de grond. Raymond: ‘Duurzaamheid is mooi, maar je moet ook een boterham verdienen. Je moet er een werkbare manier in vinden en je kan erin doorschieten. Er is veel kennis verloren gegaan, laatste 200 jaar, doordat we werkten met zoveel kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Nu moet je als boer weer een nieuwe manier van werken ontdekken. Bedenk je eens: ik heb maar één kans om te zaaien per jaar. Als je alles tien centimeter te diep legt, dan komt het slecht uit en heb je direct een slecht jaar te pakken. Ervaring heb je nodig en dat bouw je op door fouten te maken en dat kost tijd.’ 

Den Haag let op!

Biologisch boeren mag wat Raymond betreft ook in Den Haag meer op de radar. ‘Stel dat de overheid hier vol op zou in zetten, om CO2 op te slaan in de bodem en niet met kunstmest te werken, dan kan je over tien jaar gigantische stappen maken. Het kost tijd, maar het kan.' Op het familiebedrijf gaat het de komende jaren in ieder geval over de volgende duurzame stappen. Want de blik is gericht op de toekomst. Ook als het gaat om kennis overdragen. ‘Of onze kinderen het overnemen weten we nog niet. Soms zie ik ze kijken terwijl ik het hier over heb; ‘Ach, daar begint papa weer over de bodem, dat gezanik haha!'