Verhit de olie tot ongeveer 180 graden. Laat wat pani puri schijfjes in de olie vallen en als ze opblazen, schep je er voorzichtig een beetje olie overheen. Hierdoor worden ze mooi rond. Bak ze aan beide kanten tot ze lichtbruin en krokant zijn. Laat ze uitlekken en afkoelen op keukenpapier. 

Maak de pompoen, ui en knoflook schoon en snij in stukken. Zet op met een beetje water. Voeg de specerijen toe en de fijn gesneden peper en een beetje zout. Kook gaar, giet af en pureer. Breng op smaak met citoensap, zout en peper. Laat afkoelen en doe in een spuitzak.

Rooster het karwijzaad en de amandelen apart van elkaar in een droge koekenpan. Laat afkoelen en hak daarna de amandelen grof.

Voor de chutney hak je de kruiden en de peper fijn. Knijp er een beetje citroensap op uit en voeg wat olie toe. Roer goed door elkaar en breng op smaak met zout en peper.

Voor het vullen van de pani puri maak je met je vinger een gaatje in de pani puri. Vul voor de helft met de pompoenvulling. Strooi daar wat karwijzaad op. Dan de amandelen. Als laatst een lepeltje van de groene chutney.