Maak de kokkels en alikruik. Was hiervoor de alikruik schoon en laat het kort, zo’n 5 minuten koken in een warme pan met 2 eetlepels olie. Zeef het vervolgens. Maak ook de kokkels schoon en kook het ook 5 minuten met 2 eetlepels olie. 

Maak de visbouillon: was de graten onder koud water zo’n 5 minuten. Droog ze. Snij de uien grof. Doe de graten en de uien in een grote pan met 50 gr boter 

Kook ze 4 minuten en doe de 2 dl wit wijn erbij. Laat 2 minuten inkoken. Doe er een halve liter water bij en rasp van een halve citroen en sinaasappel met 50 gram gesneden gember.

Laat alles nu rustig zo’n 15 minuten koken. Zeef het mengsel in een fijne zeef.

Voor de mayonaise doe je 1 eidooier met een wat zout en peper, 1 eetlepel citroensap en 1 eetlepel Dijon mosterd in een kom. Klop alles en voeg langzaam wat zonnebloem olie (ongeveer 3 dl ) toe. (Tip: als het te dik wordt doe er dan een eetlepel warm water bij)

Doe de bieslook erbij en breng het op smaak met zout en peper.

Bak de visfilet op een antiaanbakpan met 2 eetlepel zonnebloem olie goed bruin. Bestrooi het met zout en peper en bewaar het.

Voor de garnituur snij je de radijs in tweeën. Snij de bosuien en de mini-komkommers in de lengte in tweeën. Bak de groenten 5 minuten in de dezelfde pan als waar de vis is in gebakken met 20 gram boter. De groenten moeten krokant blijven maar wel gaar zijn.
 

Presenteer het gerecht op een schaal. Leg eerste de groenten, dan de vis en vervolgens de alikruik en de kokkels op de schaal.  Serveer de bouillon in een diep bord. Serveer de mayonaise op een stuk brood met wat geraspte kaas.