Tip 1. Kijk hoeveel licht jouw plant nodig heeft
Verdiep je in de behoefte van je plant: zoek op hoeveel licht hij nodig heeft. Koop dus niet zomaar een plant in het tuincentrum, maar ga eerst na of je een plek in je huis hebt, waar er de juiste hoeveelheid licht voor je plant is. Planten die te donker staan kunnen langzaam wegkwijnen, terwijl een plant met voldoende licht je zal belonen met mooie nieuwe groei.
Tip 2. Geef niet zomaar water aan je plant
Zoek uit of jouw plant graag in vochtige grond staat, of dat de grond tussendoor droog moet vallen. Geef niet klakkeloos water, maar voel altijd eerst of de aarde al droog is. Voel dan niet alleen het bovenste laagje van de potgrond, maar ook wat dieper in de pot. Is het nog erg nat? Dan kan je die plant een keer overslaan en de volgende keer wat minder water geven. Je kunt gewoon kraanwater geven, of regenwater als je dat ter beschikking hebt. Zorg er wel voor dat het water op kamertemperatuur is, je plant houdt niet van koude voeten.
Je hoeft niet altijd een plant te kopen, denk ook aan een plantenasiel, -bieb of een ruil!
Tip 3. Zo kom je aan leuke kamerplanten
Naast planten kopen, is een leuke manier om aan nieuwe planten te komen via een plantenasiel, plantenbieb of door het ruilen van planten. Een plantenasiel neemt zielige planten in om ze weer op te kweken tot gezonde planten. Hier kun je planten vaak tegen een kleine vergoeding adopteren. Een lijst van verschillende plantenasiels in Nederland vind je hier. Het is ook erg leuk om planten en stekjes te ruilen. Dit kan via internet, op Facebook zijn veel verschillende groepen, ook regionaal, waar er lustig op los wordt geruild.
Tip 4. Geef je plant wat extra liefde
Wanneer je plant lekker staat te groeien en je hem voldoende licht en water geeft, wordt het tijd om hem wat extra liefde te geven. Dit is waar je plant van houdt: schone bladeren. Een laagje stof op het blad houdt het licht tegen, staat niet fris en belemmert de groei. Maak dus zo nu en dan je plant schoon. Dit kan door hem onder de douche te zetten, waarbij je de grond beschermd met een plastic zakje. Laat je plant uitdruppelen en zet hem weer terug op z’n plek. Of pak een droge of vochtige stofdoek en neem de bladeren voorzichtig af. Je plant blij, want hij kan weer veel licht opnemen en jij blij, want hij ziet er meteen een stuk frisser uit.
Je kunt je plant ook extra liefde geven door zo nu en dan wat plantenvoeding te geven. Geef hierbij nooit meer dan op de verpakking staat en geef alleen in het groeiseizoen: de lente, zomer en herfst. De bladeren worden mooier van kleur en nieuwe blaadjes kunnen zich beter ontwikkelen.
Door als beginnend plantenliefhebber te kiezen voor makkelijke planten, wordt je niet teleurgesteld én doe je kennis en ervaring op.
Tip 5. Kies een goede beginnersplant
Ben je een beginnende plantenliefhebber? Kies dan planten die makkelijk te verzorgen zijn. Zo wordt je niet teleurgesteld door een plantje wat het niet redt én doe je kennis en ervaring op om later de moeilijkere planten te proberen.
Een aantal goede beginnersplanten zijn:
- Monstera deliciosa (gatenplant);
- Yucca, Strelitzia (paradijsvogelbloem);
- Asplenium nidus (nestvaren);
- Chlorophytum comosum (graslelie);
- Sansevieria (vrouwentong);
- ... en mijn persoonlijke favoriet: de Epipremnum (drakenklimop).
Helemaal de smaak te pakken? Hier krijg je nog meer planten verzorgingstips van Iris.