Marineer de bramen en frambozen in cassissap en laat ze een tijdje staan.

Snijd 1/2 rode ui in sliertjes. Bak de sliertjes in een pan met wat olijfolie op laag vuur tot ze glazig zijn. Bestrooi met 2 theelepels suiker en overgiet met 4 eetlepels balsamicoazijn. Laat het op laag vuur inkoken en vervolgens nog een half uur garen op heel laag vuur.

Snijd een handje blauwe bessen in vieren en doe ze in een schaal. Ontpit de blauwe druiven en snijd ze doormidden, meng ze met de blauwe bessen. Voeg de gemarineerde bramen en frambozen toe, maar bewaar het sap.

Kook het sap waar je het fruit in hebt laten marineren in tot een siroop.

Snijd de paarse wortel in dunne plakjes. Doe ze samen met de gesnipperde rode ui en rode sla in een schaal. Doe er een scheut balsamicoazijn en wat olijfolie bij en laat het marineren. Dit zijn je gemarineerde groenten.

Leg een mooi laagje fruit op een bord, doe er een schep van de gemarineerde groenten op en maak het af met gekonfijte ui.

Leg er nog wat hele blauwe bessen op en maak het af met bijvoorbeeld eetbare bloemen. Lepel er wat van de ingekookte fruitsiroop overheen en een klein scheutje extra vierge olijfolie.