Neem de havermelk en voeg er beetje voor beetje de boekweitmeel aan toe. Verwarm een pan op middelhoog vuur en rooster hierin de mosterdzaadjes en de sesamzaadjes. Voeg de groentebouillon toe aan het pannenkoekbeslag. Als de mosterd- en sesamzaadjes geroosterd zijn voeg je ze aan het pannenkoekenbeslag toe. Laat het beslag vervolgens even rusten. 

Ga ondertussen verder met het snijden van de groenten. Snijd de aubergine in de lengte in ongeveer 7 plakken. Bestrooi de plakken aubergine met zeezout en leg ze in een vergiet. Door de aubergine met zeezout te bestrooien, raakt het veel vocht kwijt. Laat de aubergine circa 30 minuten staan en dep de plakken daarna droog met wat keukenpapier. 

Bak de pannenkoekjes door een scheutje olie in een pan te verhitten. Schep een dun laagje beslag in de pan en wacht tot de pannenkoek van boven droog is. Draai de pannenkoek om en bak nu ook de andere kant gaar.

Als het beslag op is ga je verder met het maken van de humus. Doe de kikkererwten in een keukenmachine samen met de ui (grove stukken), de Spaanse peper (grove stukken), de gepelde teentjes knoflook, tahin, korianderpoeder, komijnpoeder en 6 eetlepels olijfolie. Knijp een halve citroen hier in uit en voeg er wat zout naar smaak aan toe. Meng dit in zijn geheel tot een mooie egale puree. Voor wat extra vocht kunt je een beetje van het kookvocht van de kikkererwten toevoegen.

Grill de aubergines en snijd ondertussen de courgette in plakjes van ongeveer 1 cm dik en snijd de paprika in grove repen. Verhit een grillpan op hoog vuur, schenk er een beetje olie in en grill de groentes allemaal een paar minuten.

Rooster in de nog hete grillpan de zonnebloempitjes. Snijd ondertussen de gegrilde paprika in smalle reepjes. Nu begin je met het opbouwen van de boekweitpannenkoeken door ze in te smeren met de humus. Leg daarna de gegrilde groenten erop. Besprenkel het met een beetje olijfolie en garneer de pannenkoeken met wat zonnebloempitjes en een plukje rucola.