Breng een pan water aan de kook en kook de mie gaar. Giet af en spoel koud.

Hak twee uien en twee teentjes knoflook fijn. Snij, een prei, een winterpeen, ¼ spitskool, drie stengels bosui, een rode peper en twee cm verse gember fijn. Bak de uien en de knoflook in een wok met een scheutje olie. Voeg daar de fijngesneden peper en gember aan toe met een theelepel trassi. Roer het even goed door en voeg drie theelepels vijfkruidenmengsel, een theelepel uienpoeder toe samen met de gesneden winterpeen, spitskool en bosui en bak het goed aan. 

Voeg de gekookte mie toe samen met de oestersaus en ketjap. Breng eventueel op smaak met een beetje zout. Haal de bami uit de pan en laat afkoelen.

Voor de ragout smelt je twintig gram boter en voeg je dertig gram bloem toe. Roer het goed door elkaar en warm het even door zodat de bloem gaar wordt. Voeg dan de helft van de groentebouillon toe en blijf roeren totdat het kookt. Voeg voordat het helemaal dik wordt de rest van de bouillon toe samen met de srirachasaus en de ketjap. 

Roer de ragout door de bami heen. Leg in een ovenschaal een laagje plastic folie, schep de bami daarop en duw het even goed aan. Dek dit ook af met plastic folie en zet het een uur in de koelkast. 

Voor de zoetzure pittige gembersaus hak je vier rode pepers en drie tenen knoflook fijn en rasp drie cm gember. Breng 120 gram suiker met 120 ml water, 120 ml rijstazijn met de gehakte pepers met knoflook en gember aan de kook. Maak een papje van de maizena door het te mengen met een beetje water. Zodra de siroop kookt voeg je beetje bij beetje het maizenapapje toe terwijl je goed blijft roeren. Voeg net zoveel van het papje eraan toe totdat je de gewenste dikte hebt. Rasp er wat citroenschil doorheen en breng op smaak met wat zout en laat het goed afkoelen.

Haal de bami uit de koelkast snij de bami in vierkanten, zo groot als dat je je bamischijven wil.

Doe op een bord 100 gram bloem, doe op nog een bord de 5 eiwitten en op nog een ander bord 200 gram paneermeel. Haal de bamischijf eerst door de bloem. Klop hem weer goed af. Haal hem dan door het eiwit en dan direct door de paneermeel. Dan weer door het eiwit en weer door de paneermeel.

Frituur de bamischijven op 180 graden voor ongeveer vijf tot acht minuten. Laat ze goed uitlekken op keukenpapier. Serveer de bamischijven met de zoetzure pittige saus.