Snijd de helft van de bloemkool in kleine stukjes en doe dit met de havermelk in een pan zodat de bloemkool net onder staat. Breng de bloemkool en havermelk aan de kook en laat dit ongeveer een half uur zachtjes koken, totdat de bloemkool helemaal gaar en zacht is. 

Snijd de overige bloemkool los van de kern en halveer ze zodat ze wat kleiner worden. Verwarm een bakpan op middelhoog vuur met een laagje olijfolie erin. Bak de bloemkool totdat ze wat kleur beginnen te krijgen en voeg dan de boter toe. Draai ze regelmatig om zodat ze gelijk garen.

Snijd de muntblaadjes en de raapstelen in grove stukken voor de pesto. Hak de knoflook en macadamia noten in grove stukken en houd een beetje van de macadamia achter om later over het gerecht te kunnen strooien als garnering. Gebruik een kleine keukenmachine, blender of vijzel om de pesto wat fijner te maken en breng het op smaak met zout en peper.

Als de gekookte bloemkool gaar en zacht is, kun je het in geheel blenden. Haal de goudbruine bloemkoolroosjes uit de bakpan en bak vervolgens de rest van de raapstelen hier kort in. 

Schep de bloemkoolpuree op een bord en maak het af met de gebakken bloemkool, raapstelen en pesto. Garneer het gerecht af met de gehakte macadamianoten en eventueel wat eetbare bloemen naar keuze, bijvoorbeeld daslook en vergeetmenietjes.